Deze serie met verhalen is oorspronkelijk gepubliceerd op de site van De Prinsenstichting, zie de link onderaan het artikel. In februari 2021 verhuizen ruim 130 cliënten vanuit woonpaviljoens in Kwadijkerpark naar 3 nieuwe panden, ook in Kwadijkerpark. Cliënten en medewerkers kijken ernaar uit! Op weg naar de verhuizing, delen verschillende betrokkenen hun verhaal.In deze tweede aflevering is het woord aan Trudy Eikenboom (specialist huisvesting bij Prinsenstichting)
“Vanuit Facilitair ben ik betrokken bij alles wat vast zit in de gebouwen. Andere collega’s gaan over de aankleding en het meubilair. In de gebruikersgroep Kwadijkerpark schakel ik tussen de leveranciers, bouwers en gebruikers. Ik zeg altijd: je mag mij alles vragen behalve gouden kranen, want we moeten wel binnen het budget blijven. We zijn al sinds 2,5 jaar met tekeningen bezig om te kijken naar de beste indeling. Bijvoorbeeld dat de voordeur op de huiskamer uitkomt.
We hebben sessies gehouden met groepen om de wensen te verzamelen en te vertalen voor de architect en de bouwer. Zoals de keuze voor een gesloten of open keuken. Daarna volgt een tijd van vragen stellen: waarom gaan deuren zo open? Het gaat om de grove contouren. Dan volgt de keuze van tegels, sanitair, verlichting, keukens, vloeren en gordijnen. Hiervoor maken we een voorselectie waaruit te kiezen valt, waarbij we rekening houden met criteria als duurzaamheid, brandvertragend en hufterproof waar nodig. Ook nemen we geleerde lessen mee uit voorgaande bouwtrajecten. Zoals badkamerverlichting met een schakelaar in plaats via een sensor. Cliënten begrijpen niet waarom het licht nog even aanblijft en gaan dan in de badkamer kijken waardoor het licht nog langer aanblijft.
Naarmate de bouw vordert, maak ik rondes en worden steeds meer details zichtbaar, die wel eens om een aanpassing vragen.
De volgende stap is het voorbereiden van de verhuizing. De planning is klaar. Vanaf 8 februari (week 6) verhuizen de Oockeshoeken en Kleine Koog. In week 7 volgen de overige woningen en de dagbestedingsgroepen. Ik help de woningen hoe zij de verhuizing kunnen voorbereiden. Mijn advies is om alvast op te ruimen zodat alleen de spullen die overblijven mee verhuizen. Dan hoef je daar vlak voor de verhuizing niet meer over na te denken. Ik ga met het verhuisbedrijf langs om in te schatten wat nodig is aan verhuismateriaal. Twee tot drie weken voor de verhuizing komen de verhuisdozen beschikbaar. Niet eerder omdat de woonomgeving dan te lang rommelig is. Hoe de verhuisdag verloopt is afhankelijk van onze cliënten. De ene cliënt gaat naar de dagbesteding of een dagje naar huis. De andere cliënt zet zelf de verhuisdoos in de wagen en haalt deze er bij de nieuwe woning weer uit. Begeleiders houden zoveel mogelijk rekening met wat cliënten nodig hebben om de verhuizing beter te begrijpen.
Twee weken voor de verhuizing kunnen ouders/verwanten aan de slag voor de inrichting van de cliëntkamers. We hebben huismeesters aangenomen voor een paar weken om hen te helpen bij ophangen van spullen. Vanaf Facilitair zijn we op de verhuisdag aanwezig om de overige ruimtes in te richten. Een verhuisdag sluiten we af met een ronde langs de oude adressen. We halen de gebouwen leeg en daarna gaat het slot erop.
Na de verhuizing doen we nog aan nazorg. Ik neem contact op met alle groepen. We doen zo nodig aanpassingen. In het voorjaar gaan we nog een ronde doen voor het tuinmeubilair en parasols.
Ik ben er trots op dat er een mooi gebouw staat. Het is weer gelukt met z’n allen. Als cliënten er straks wonen, ga ik eens op de koffie om enthousiaste verhalen te horen: ‘wat wonen we mooi’. En dan samen blij zijn. In het voorjaar zullen ook de tuinen gaan groeien en bloeien. Een mooi vooruitzicht!"